Rond tien uur zijn we vertrokken vanuit ons pension in Bollendorf, richting Echternach. Het is mistig en koud, hoewel het zonnetje probeert door te breken. Heb de lange fietsbroek aan met een fiets en regenjack over elkaar heen. Tegen dat we in Echternach zijn, tintelen onze vingers van de kou. Pas hier begint de zon een beetje kracht te krijgen. Vanuit Echternach loopt een prachtig fietspad langs de rivier de Sauer, afgewisseld met landschap. Wiel ontdekte langs deze weg allemaal notenbomen. Op sommige stukken van de route staan ze nauwelijks twintig meter uit elkaar. Gelukkig is Wiel, 1.93 mt. lang, met het gevolge dat hij aan veel takken goed kan schudden. Tussendoor gooi ik de gevallen noten die we beiden geraapt hebben in de fietstas. De tas wordt steeds voller. Soms vinden we een lange stok die Wiel omhoog gooit, zo vallen ook van de hogere takken de walnoten omlaag. Tot op gegeven moment de stok in de boom blijft hangen. Net alsof de boom er genoeg van heeft ons zijn, of is het haar noten te schenken. Ze houdt de gegooide tak vast tussen haar takken en wij rijden verder. Stilletjes bedank ik achteraf de boom voor haar gift.
Vandaag krijgen we ruim 5 kilo noten bij elkaar geraapt. Alleen heeft het veel tijd gekost, maar ook veel plezier gegeven. Over 34 km . fietsen we vijf uur. Rond kwart over twee komen pas aan in Wasserbillig. Hier komen de drie rivieren, Moezel, Saar en Sauer bij elkaar.
Al die tijd dat we aan de Moezel hebben gezeten hebben we geen schip zien varen. Of er nu ergens onderweg een blokkade was, weten we niet, maar dit is niet normaal. We rijden het dorp in en vinden een broodje Kebab een goed idee. Waarschijnlijk ben ik te verwend bij onze eigen Turk in Maasmechelen, want de helft geef ik door aan Wiel. Ik kan het niet echt lekker vinden. We hadden de broodjes meegenomen om ze op een bankje bij de rivier op te eten.
Onderweg hadden we twee keer een rustpauze gehad langs de Sauer. Sommige stukken was de rivier spiegelglad, andere momenten stond er een grote stroming. Op die stukken zie je veel forelvissers. Ze staan tot over hun middel in het water, met van die rubber pakken om hun lijf, waar laarzen aan de broek vastzitten. Toch lijkt het me dat je op den duur ijskoud wordt. Volgens mij neemt rubber de temperatuur van buiten aan. Er zit toch geen kacheltje in? We hebben zelfs drie keer een vrouw zien vissen in de rivier, waarvan één met blote benen. Die was toch echt op de terugweg verdwenen. Helaas was haar foto bewogen.
Kwart over drie vertrokken we richting Echternach. Tegen vier uur werd het koeler en moest het jack aan. Tegen vijf uur de lange fietsbroek. Opnieuw moet ik vandaag met de blote billen in het gras liggen om van fietsbroek te wisselen. Onder een fietsbroek draag je geen onderbroek, dan snijden de randjes in je billen. Maar met wat kruip en bukbewegingen wissel ik aardig gemakkelijk. Mag toch wel blij zijn dat ik op mijn 69e jaar nog zo lenig en fit ben.
Opnieuw vinden we nog een paar walnootbomen die we voor zover mogelijk leegplukken. Onderweg komen we veel buitenlanders tegen met tassen vol noten in hun handen, Rond half zes zijn we terug in Echternach. Eerst een internetcafé gezocht om de post te bekijken. Meer dan een half uur duurt het voor ik in de webmail ben beland. Dan doorgefietst naar Bollendorf, waar we “bei Anni” weer gaan eten (zie de eerste dag). Op het terras zoek ik mijn portomonnaie, die ik het laatste in het internetcafé heb gebruikt. Ik raakte weer helemaal in paniek als ik hem niet kan vinden. Anni, de eigenaresse van “bei Anni” wil al met de auto met mij terugrijden naar Echternach, tot ik hem op het laatste moment toch nog vind. Wiel steekt hem voor de zekerheid nu maar in zijn zak. Het is niet de eerste keer dat ik dat ding kwijt ben.
Het eten viel mij dit keer niet goed. Gebakken aardappelen met spekjes is normaal heerlijk, maar met teveel spekjes is het zo zout dat je mond samenkrimpt. De sla aangemaakt met een waterig sausje, dreef in het schaaltje, De schnitzel was aardig goed gebakken, maar het sausje betond uit water met maizena aangemaakt, zonder kraak of smaak, vermengd met champignons, welk een jägersaus moest voostellen. Niet te eten dus. Jammer. De eerste avond was het eten prima, maar voor het weekeinde blijkbaar een andere kokkin, die het vak nog moet leren. Nu ga ik er echt niet meer eten. Rond acht uur zijn we weer in ons pension. Koffie en thee gaan er nog net in voor we in bed kruipen, waar Wiel al naast me ligt te ronken en ik nu mijn verhaaltje afsluit. Het is 21.12 uur en ik ben moe. Tot de volgende keer.